Shabbat Shalom!
Welkom bij Bo - Kom!
- Onderwijs van deze week.
Bo - Kom
Daarna zei YAHUVEH tegen Mozes: Ga [Bo / kom] naar de farao toe, want Ík heb
zijn hart en het hart van zijn dienaren onvermurwbaar gemaakt, zodat Ik deze
tekenen van Mij in zijn midden kan verrichten (Exodus 10:1)
In de Parasha van vorige week lezen we over de eerste zeven calamiteiten –makot
die YAH Egypte heeft aangedaan om Farao ervan te overtuigen de Israëlieten uit
de slavernij te bevrijden.
Deze week in Parasha Bo, zendt YAH de meest verwoestende en laatste drie plagen:
sprinkhaan, duisternis en dood van de eerstgeborene.
Na de laatste plaag stemt farao uiteindelijk toe, wat de uittocht van de
Hebreeën teweegbrengt.
Maar wat waren de doelen van de Tien Plagen? Om Farao onder druk te zetten om de
Israëlieten vrij te laten gaan? Mogelijk, maar YAH is volledig in staat om Zijn
volk vrij te maken zonder toestemming van een koning.
We zien in deze Parasha en van de vorige week dat YAH de Egyptenaren niet
eenvoudig ziet als een vijand die overwonnen moet worden; veeleer is Hij
toegewijd aan het communiceren van iets dat vitaal voor hen is:
“En Ik zal aan al de goden van de Egyptenaren strafgerichten voltrekken, Ik, de
HEERE (IK ben YAHUVEH).” (Exodus 12:12b)
De plagen demonstreren YAH's oppermacht en oordeel over alle valse goden van
Egypte.
Toen Mozes Farao voor het eerst vroeg de Israëlieten te laten gaan, antwoordde
hij: "Wie is YAHUVEH, dat ik Zijn stem zou gehoorzamen om Israël te laten gaan?"
(Exodus 5: 2)
De GOD van Israël wil dat iedereen weet wie Hij is. En Hij wilde het voor zeker
maken dat Farao en heel Egypte Hem ook kenden.
Hij vertelde Farao zelfs dat Hij de krachtige plaag van de hagel stuurde, "zodat
u [Farao] mag weten dat er geen is als Mij op de hele aarde." (Exodus 9:14b)
Op het einde, kwam Farao tot besef van de kracht van de GOD van Israël.
Maar YAH was niet alleen bezorgd over de overtuigingen van de Egyptenaren.
De
Torah geeft aan dat YAH Farao's hart verhardde om Zijn macht aan alle naties te
tonen, evenals de machteloosheid van hun valse goden.
YAH wil ook niet alleen bekend zijn aan deze ene natie van Israël. Hij wil dat
Zijn naam wordt verkondigd in elk volk op aarde:
“Maar juist hierom heb Ik u laten bestaan, om Mijn kracht aan u te tonen, zodat
Mijn Naam bekendgemaakt zal worden op heel de aarde.” (Exodus 9:16)
En YAH maakte Zich zeker bekend aan Farao door de laatste drie plagen.
De Achtste Plaag: Sprinkhanen Arbeh אַרְבֶּה
“Want als u weigert Mijn volk te laten gaan, zie, dan zal Ik morgen sprinkhanen
op uw grondgebied brengen. Zij zullen het oppervlak van het land bedekken, zodat
men geen land meer kan zien. Zij zullen het overschot van wat aan de hagel
ontkomen is, wat er voor u overgebleven is, opvreten, ja, zij zullen al de bomen
die voor u op het veld opkomen, kaalvreten.” (Exodus 10: 4-5)
Parasha Bo begint met de achtste plaag over Egypte – sprinkhanen. Ze verslonden
alle gewassen en vegetatie van Egypte die achterbleven na de hagel.
Hoewel sprinkhanen worden aangedreven door de wind, is een plaag van sprinkhanen
zo verwoestend dat het het licht van de zon afsnijdt en de voedselvoorraad van
het getroffen gebied wegvaagt.
In het Boek van Joël, maken deze plagen een andere verschijning, het land
verwoestende. De profeet Joël verbindt het met de zonde en de Laatste Dagen, en
spoort Israël aan zich te bekeren en terug te keren naar de ELOHIM.
YAH belooft Israël dat Hij het goed zal maken voor al de jaren die de
sprinkhanen hebben verslonden:
“Ik zal u de jaren vergoeden die de veldsprinkhaan, de jonge sprinkhaan, de
zwermsprinkhaan en de treksprinkhaan hebben opgegeten, Mijn grote leger, dat Ik
op u had afgestuurd. Dan zult u overvloedig en tot verzadiging eten, en de Naam
van YAHUVEH, uw God, prijzen, Die wonderlijk met u heeft gehandeld. Mijn volk
zal voor eeuwig niet beschaamd worden.” (Joël 2: 25-26)
Sprinkhanen worden ook genoemd in de Brit Chadashah (Nieuwe Testament) als een
van de eindtijd plagen op de aarde.
Met het klinken van de vijfde shofar in de laatste dagen, komen sprinkhanen
tevoorschijn uit de bodemloze put.
Ze zullen de vegetatie niet schaden, maar ze zullen de kracht hebben om te
steken als een schorpioen en mensen te kwellen die het zegel van YAH niet op hun
voorhoofd hebben.
En uit de rook kwamen sprinkhanen op de aarde, en hun werd macht gegeven, zoals
de schorpioenen van de aarde macht hebben. En tegen hen werd gezegd dat ze geen
schade mochten toebrengen aan het gras van de aarde, of welke groene plant of
welke boom dan ook, maar alleen aan de mensen die het zegel van God (YAH) niet
op hun voorhoofd hadden. (Openbaring 9: 3-4)
De Negende Plaag: Duisternis -Hoshech חוֹשֶך
“Toen zei YAHUVEH tegen Mozes: ‘Strek uw hand uit naar de hemel, zodat er
duisternis komen zal over het land Egypte, en de duisternis te tasten is.’ Toen
Mozes zijn hand uitstrekte naar de hemel, kwam er een dikke duisternis in heel
het land Egypte, drie dagen lang. Zij zagen elkaar niet, en drie dagen lang
stond niemand op van zijn plaats.” (Exodus 10: 21-23a)
Met de negende plaag van duisternis, heeft YAHUVEH
een verpletterende slag
toegebracht voor de aanbidding van de Egyptische zonnegod Ra, die de dwaasheid
demonstreert van het geloven in afgoden en mythische godheden.
Hoewel de Egyptenaren in totale duisternis waren gedompeld, genoten de
Israëlieten van licht in hun woningen in het land Gosen.
Terwijl iedereen buiten de schuilplaats van het verbond van YAH in steeds dieper
wordende duisternis leeft, vooral als het einde van het tijdperk nadert, schijnt
het licht van gelovigen in YAHUSHUA steeds helderder. (Spreuken 4:18)
Tegenwoordig zijn er zoveel berichten over het kwaad en velen zijn bang voor wat
ons te wachten staat. Niettemin, zelfs als er totale, verlammende duisternis in
de wereld is, kunnen we nog steeds licht in onze woningen hebben, net zoals de
Israëlieten in Gosen hadden.
Het is tijd voor ons om te stoppen met het vervloeken van de duisternis en in
plaats daarvan te leven in het licht.
In plaats van te klagen, murmureren en fouten te vinden in de duisternis van ''Egypte''
hedendaagse wereld, kunnen we alles zijn wat YAH ons heeft gemaakt om te zijn,
schijnen als lichten in het midden van een donkere en perverse generatie. (Filippenzen
2: 14-15)
En als we denken dat we het Woord niet genoeg kennen om een helder licht te zijn,
moeten we onthouden dat zelfs de kleinste lichten op de donkerste plaatsen
schitterend schijnen.
De Bijbel zegt dat de goddelozen in de duisternis struikelen en niet eens weten
waardoor ze struikelen. (Spreuken 4:19)
Wanneer mensen in volledige duisternis zijn, kunnen ze niets buiten zichzelf
waarnemen. In deze staat van duisternis is het gemakkelijk om te leven in een
volledig egocentrische, ellendige wereld. Vaak is een symptoom van deze
duisternis het gebruik van mensen voor zelfvoordeel.
Maar YAH's aanwezigheid in ons leven bevordert een soort van liefde die geeft,
en niet zelf-zoekend is. (1 Korinthiërs 13: 5)
We hebben YAHUSHUA nodig, het Licht van de Wereld, om ons te bevrijden van onze
eigen vooringenomenheid met onszelf, zodat we echt moge houden van onze naaste.
Droevig, veel te veel van ons die zijn bevrijd uit de duisternis om in het licht
te leven struikelen nog steeds willens in de duisternis van onvergevings
gezindheid, verbittering en wrok. We moeten besluiten om deze te laten gaan en
wandelen in het heilige licht van YAH.
Net zoals verlammende duisternis op Egypte viel, zullen velen in de wereld
binnenkort een grote, verwoestende duisternis ervaren, een van de eindtijd
plagen die in het boek Openbaring wordt genoemd.
Wanneer de engel de vijfde schaal van YAH's toorn uitstort, zal het koninkrijk
van het beest in totale duisternis worden ondergedompeld. Dit is een
voorafschaduwing van de staat van mensen die afdalen in Sheol –hel, waar een
volledige afwezigheid van alle licht is. Openbaring vertelt ons dat zelfs dit de
dienaren van satan niet zal overtuigen om zich te bekeren en zich tot de Maker
van Alles te wenden.
“En de vijfde engel goot zijn schaal uit over de troon van het beest, en zijn
koninkrijk werd verduisterd. En zij beten op hun tong van pijn. En zij lasterden
de God van de hemel vanwege hun pijn en vanwege hun zweren, maar zij bekeerden
zich niet van hun werken.” (Openbaring 16:10-11)
De Tiende Plaag: Het Slaan van de Eerstgeborene
(Macat B'Chorot מַכַּת בְּכוֹרוֹת)
“Zo zegt YAHUVEH: Omstreeks middernacht zal Ik uittrekken door het midden van
Egypte en alle eerstgeborenen in het land Egypte zullen sterven, van de
eerstgeborene van de farao af, die op zijn troon zitten zou, tot de
eerstgeborene van de slavin die achter de handmolen zit, en alle eerstgeborenen
van het vee. Er zal een luid geschreeuw zijn in heel het land Egypte, zoals er
nog nooit geweest is en zoals er ook nooit meer zijn zal.” (Exodus 11: 4-6)
Toen Farao nog steeds weigerde zich te bekeren en berouw te hebben na de Plaag
der Duisternis, zond YAH de tiende en meest verwoestende plaag – het Slaan van
de Eerstgeborene van Egypte.
De koning van Egypte weigerde om YAH's eerstgeborene –Israël, te laten gaan, dus
nam YAH Farao's eerstgeborene en die van zijn loyale onderdanen. Het woord is
duidelijk – YAH zal de naties en de individuen behandelen zoals zij Israël
hebben behandeld!
YAH handelt in naam van Zijn volk en het oordeel zal vallen over de vijanden van
Israël.
Terwijl Farao wellicht onbewogen was en hardnekkig bleef en trots als de rest
van het land leed onder YAH's hand, toen YAH zijn eerstgeboren zoon neersloeg,
werd de hardheid van zijn hart doorbroken.
Hoe tragisch dat het de dood van Farao's eigen kind kostte om hem naar de plaats
van nederigheid en onderwerping te brengen waar hij bereid was om de mensen van
YAH te laten gaan.
Moge ons hart zacht zijn naar de leiding van de RUACH HA KODESH zo dat YAH nooit
meer pijnlijke disciplinaire maatregelen zal moeten nemen om onze koppige en
moedwillige trots te doorbreken en ons voor Hem in een heilige plaats te brengen.
Mozes bereidde het volk van Israël voor op dit laatste oordeel over Egypte door
hun te instrueren een lam te offeren en hun bloed op de toppen en zijkanten van
hun deuren te plaatsen.
“En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en
aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen.” (Exodus 12: 7)
Het bloed van het Pascha lam diende als het teken dat het oordeel de Israëlieten
deed "voorbij gaan", hen spaarde van het lijden van de toorn van YAH die op de
Egyptenaren viel.
“En het bloed zal u tot een teken zijn aan de huizen waarin u verblijft. Als Ik
het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan en er zal geen plaag onder u zijn die
verderf teweegbrengt, als Ik het land Egypte zal treffen.” (Exodus 12:13)
Naar de conclusie van deze Parasha, Mozes leidt de kinderen van Israël uit
Egypte, en YAH geeft hun de verordeningen van het Pascha.
Dus deed YAH alles wat Hij had beloofd; niet één Woord dat YAH gesproken had,
bleef onvervuld. Onszelf aan deze waarheid te herinneren, helpt ons ook te
vertrouwen op de trouw, de kracht en de genade van YAH nu en in de dagen die
komen.
Vandaag viert het Joodse volk dit wonderbaarlijke Pascha elk jaar nog steeds.
“Deze dag moet voor u een gedenkdag worden. U moet hem vieren als een feest voor
YAHUVEH. U moet hem vieren als een eeuwige verordening, al uw generaties door.
(Exodus 12:14)
Individuele gelovigen en hele kerken herdenken ook steeds vaker het Pascha,
omdat het YAHUSHUA de Messias voorafschaduwt, het Lam van GOD dat werd geofferd
om ons te sparen voor het oordeel van GOD.
Verlossing van de Eerstgeborene
Omdat YAH de eerstgeboren Joodse zonen van de 10e plaag spaarde, vinden we in
deze Torah portie het gebod om elk eerstgeboren mannelijke te wijden of apart te
stellen voor Hem. (Exodus 13: 1-2)
Ook, omdat ze werden gespaard, vasten de eerstgeborenen traditioneel op de dag
vóór Pascha om dit wonder te herdenken.
Echter, de eerstgeboren zonen eindigden in het aanbidden van het gouden kalf
samen met de meesten van Israël, dus verbeurden ze hun recht om YAH te dienen in
de Tempel.
YAH gaf in plaats daarvan dat recht aan de stam die het kalf niet aanbad – de
Levieten.
Joodse ouders verlossen daarom hun eerstgeboren zonen in een speciale ceremonie
genaamd de Pidyon HaBen – Verlossing van de Eerstgeboren Zoon. (Numeri 3: 45-47)
In deze ceremonie is de eerstgeborene volledig vrijgesteld van de plicht om
Tempel Service uit te voeren.
Dit symbool van het verlossen van de eerstgeboren zoon uit Tempel Service gaat
vandaag door met de betaling van vijf zilveren sikkels (of ongeveer 125 gram
puur zilver) aan een man van Cohen (priester) afkomst, volgens het bevel gegeven
door Mozes:
“Neem de Levieten in plaats van alle eerstgeborenen onder de Israëlieten, en het
vee van de Levieten in plaats van hun vee; de Levieten zullen Mij toebehoren. Ik
ben YAHUVEH. Wat betreft de tweehonderddrieënzeventig eerstgeborenen van de
Israëlieten die vrijgekocht moeten worden, die het getal van de Levieten te
boven gaan, moet u per hoofd vijf sikkel innen. U moet die innen, gerekend
volgens de sikkel van het heiligdom. Die sikkel is twintig gera waard. En dat
geld moet u aan Aäron en aan zijn zonen geven, als losgeld voor degenen die
vrijgekocht moeten worden van hen die het getal van de Levieten te boven gaan.”
(Numeri 3:45-48)
Een ander gewoonte in het Jodendom komt voort uit het Exodus verhaal – de
gewoonte om tefillin te dragen.
Tefillin zijn een set van kleine zwarte doosjes met Schriftgedeelten die met
bandjes zijn verbonden. De doosjes worden op het voorhoofd en de arm gedragen en
de banden worden rond de arm en vingers gewonden. Deze gewoonte dient als een
herinnering om iemands hoofd-gedachten, hart-gevoelens en hand-acties te
onderwerpen tot YAH.
Deze praktijk komt voort uit het volgende gebod:
“En het moet voor u als een teken op uw hand zijn, en als een herinnering tussen
uw ogen, opdat de wet (Torah) van YAHUVEH op uw lippen is, want YAH heeft u met
sterke hand uit Egypte geleid.” (Exodus 13: 9, zie ook vers 16)
Volgens de Schrift, in de laatste dagen, zal de anti-Messias proberen alle
mensen te dwingen zijn merkteken te plaatsen, in plaats van de Torah van GOD, op
hun hand of voorhoofden, daarmee zich toe eigenen het merkteken van de
rechtmatige plaats van YAH in ons leven. (Openbaring 13:16-17)
Niettemin zullen degenen die YAH liefhebben, het kwaad weerstaan en Zijn naam
tot het einde verheerlijken.
Het is vanwege de blijvende genade van YAH dat Hij een ieder van ons uit de
duisternis heeft gehaald die ons gevangen hield. Baruch HaShem Prijs Zijn Naam!
“Die de Egyptenaren trof in hun eerstgeborenen,
want Zijn goedertierenheid is voor eeuwig;
en Israël uit hun midden uitleidde,
want Zijn goedertierenheid is voor eeuwig;
met sterke hand en met uitgestrekte arm,
want Zijn goedertierenheid is voor eeuwig.” (Psalm 136:10-12)
“En YAH moge uw harten richten op de liefde van God en op de volharding van de
Messias.” (2 Thessalonicenzen 3: 5)
Shabbat Shalom van AMIGHTYWIND!